Mijn moeder is een aantal maanden geleden overleden. Soms voel ik verdriet en gemis, soms opluchting en soms allebei tegelijkertijd. Vroeger dacht men dat rouw in een rechtstreeks proces ging van ‘ontkenning’, via ‘boosheid’ en ‘verdriet’ naar ‘acceptatie’. Inmiddels weten we dat deze gevoelens allemaal aanwezig kunnen zijn, maar niet in een bepaalde volgorde. En ook dat er veel meer gevoelens bij kunnen komen, zoals schuldgevoel, schaamte of machteloosheid. Het kan ook zijn dat je helemaal niet zoveel voelt. Gevoelens kunnen je ook juist overvallen, bijvoorbeeld op een bepaalde datum, zoals een verjaardag, de overlijdensdag, als je een bepaalde geur ruikt of op een plek bent die je aan diegene doet denken. Of op het moment dat je eigen kind de leeftijd heeft die je zelf had toen je vader of moeder overleed. Soms zijn gevoelens zo overweldigend aanwezig dat je je overspoeld voelt en bijna niet tot acties ‘van het gewone’ leven toe komt.
Gevoelens komen van binnenuit, daar kun je niets aan veranderen. Wat je doet, daar kun je wel iets mee. En vaak als we iets doen, hoe klein ook, kan het helpen om om te gaan met gevoelens.
Het is belangrijk om ruimte te geven aan de gevoelens die je ervaart. Zoals wat rust en tijd nemen en aan degene die is overleden denken of iets hiermee doen, zoals een kaarsje branden, een herinnering opschrijven, foto’s kijken, naar het graf gaan of een plekje in huis maken waar wat spulletjes staan die je aan je overleden dierbare doen denken. Rituelen zijn acties die terugkeren zoals dagelijks een kaarsje branden met een minuutje stilte of jaarlijks op de sterfdag bij elkaar komen. Dit kan voelen als een houvast. Je kan jezelf troosten of troost zoeken bij een dierbare of lotgenoot. Met iemand praten over je overleden dierbare kan heel fijn en steunend zijn. In tijden van rouw mag je extra lief zijn voor jezelf, je eisen voor het dagelijks leven even wat laten zakken en wat hulp vragen aan je omgeving. Jezelf behandelen zoals je een dierbare behandelt, met liefde en troost en niet met oordeel en ‘moetens’.
En het is ook belangrijk om niet alleen maar met het verlies en de rouw bezig te zijn. Jij leeft nog en dat mag.
Manu Keirse is een expert op het gebied van rouw en zijn benadering vind ik mooi. Rouw hoort bij het leven en vraagt tijd, aandacht en ‘rouwarbeid’. Hij noemt dat rouw als een schaduw is, die altijd met je meegaat. Soms heel zichtbaar en aanwezig, soms helemaal niet zichtbaar, soms klein en soms groot, soms voor je en soms achter je. Het kan je zomaar overvallen. Bij mij komt mijn vader die in 2011 is overleden weer meer ‘naar boven’ sinds het overlijden van mijn moeder.
Soms is rouw complex, bijvoorbeeld als het gaat om suïcide, als de relatie met de overledene complex was, als er geen contact was met de overledene, als het om een kind gaat, als het overlijden volledig onverwacht kwam, als er veel mantelzorg is verleend of als er een langdurige of intense ziekte-periode is geweest. En zo kunnen er nog veel meer redenen zijn die rouw complex kunnen maken. Je kan altijd hulp vragen bij je huisarts, een psycholoog, de praktijkondersteuner of lotgenoten.
Tips om verder te lezen en kijken.
Tamara